Samenwerken voorbij de grenzen van sectoren
Hoe kunnen we jongeren ondersteunen in een steeds complexere samenleving? Als jongeren niet in sectorhokjes passen, waarom zouden organisaties dat wel doen? Cross-sectoraal samenwerken is belangrijk om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken, maar hoe werkt dat in de praktijk?
Samenwerkingen vergroten ook je doelgroep. Hoe bereik je jongeren die de weg anders niet vinden.
Terwijl de eerste lentezon de straatstenen in Mechelen verwarmt, nemen we plaats in Bar Marie. Daar wachten Jana, Ton, Oscar en Joke ons op, respectievelijk bij De Ambrassade, vzw Vrienden van Shalom, City Pirates en OPENDOEK aan de slag. We gaan met hen in gesprek over hoe ze jongeren begeleiden en ondersteunen voorbij de traditionele grenzen van sectoren. Wat later spraken we ook met Nick van Formaat over zijn inzichten.
Op de kruispunten
Oscar geeft les aan de Karel de Grote Hogeschool in Antwerpen en heeft heel wat ervaring in het jeugdwerk. Bij City Pirates zet hij sport als instrument in om jongeren te bereiken. Wat is voor hem de meerwaarde van cross-sectoraal samenwerken? Hij vertelt ons dat hun cross-sectorale aanpak eigenlijk vertrok vanuit een nood: “Veel jongeren in grootsteden vinden geen aansluiting bij het klassieke jeugdwerk of de schoolse context. Wij merken dat sport een krachtige manier is om hen te bereiken, maar dat op zichzelf is niet genoeg. We moeten bruggen slaan naar onderwijs, welzijn en gemeenschapsvorming.”
Jana, beleidsmedewerker jeugd en vrije tijd bij De Ambrassade, bevestigt die nood: “We hebben hard gewerkt aan de reflex om identiteiten te zien als een optelsom en niet iets dat stopt bij het lidmaatschap van de ene of andere organisatie. De verschillende contexten waarin jongeren zich begeven zijn niet los te koppelen van de jongere zelf. Hetzelfde geldt voor het terug claimen van de publieke ruimte. We mogen jongeren niet zien als veroorzakers van overlast. Ze zijn een intrinsiek deel van de ruimte en zelfs als iets wat die ruimte nodig heeft. Hier ligt de kracht van het jeugdwerk en het belang van kruispunten.”
Dat de leefwereld van jongeren niet vastzit in een hokje weten ze ook bij Formaat maar al te goed. Nick, teamleider van Beleidsmakers, verklaart: “Om jongeren goed te ondersteunen, moet je je in hun leefwereld begeven. Jongeren bewegen over de hokjes van beleidsdomeinen en onze uitdaging is om los te komen van het eigen gesubsidieerde domein. Daar blijven we toch nog vaak onbewust in vast zitten.”
Samen verantwoordelijk
Joke is directeur bij OPENDOEK, de koepelorganisatie voor theater en podiumkunsten. Volgens haar ligt de meerwaarde van cross-sectoraal samenwerken net in de verschillen tussen de organisaties en sectoren. “Het is heel inspirerend om de werking van andere sectoren te ontdekken.” Ze haalt het voorbeeld van de API's (Aanspreekpunt Integriteit) aan in sport en jeugdwerk. “In de cultuursector worden API’s daarentegen nog te weinig ingezet. We willen daarvoor mee op de barricade staan. Creativiteit is ook een belangrijk onderdeel van mentaal welzijn.”
Ton van vzw Vrienden van Shalom richtte acht jaar geleden het project ‘Ambassadeurs van de dialoog’ op, als reactie op de verschijnselen van radicalisering op het Imelda-Instituut in Sint-Jans-Molenbeek waar hij actief is. Hij merkt dat de samenwerking die ze vanuit de school aangaan met jeugdhuizen een heel positief effect heeft op jongeren die anders nooit buiten de context van Molenbeek komen. “Door de deelnemers buiten te school te zien, krijg je andere perspectieven die je inspireren.” Dat heeft volgens Joke nog een extra voordeel: “Samenwerkingen vergroten ook je doelgroep. Hoe bereik je jongeren die de weg anders niet vinden? We willen graag inclusief werken en dan moeten we op zoek naar andere insteken en sectoren om jongeren naar onze werking te leiden.”
Impactvolle inspiratie
Niet alleen jongeren maar ook jeugdwerkers ondervinden voordelen wanneer ze de grenzen van hun sector oversteken. Of onze experts nieuwe competenties zien bij jeugdwerkers door deze samenwerkingen? Jana: “Zeker! Vooral inlevingsvermogen! Je kunnen verplaatsen in de wereld van sport, jeugdwerk, onderwijs of theater. Het leert ons andere sectoren kennen en ontdekken op welke drempels zij botsen. Nick ziet ook groeiende competenties bij jeugdwerkers: “Een jeugdwerker begeleidt jongeren vaak over heel wat domeinen heen. Dan is het belangrijk om open te staan voor partnerschappen en andere meningen.” Ook bij De Ambrassade zijn ze overtuigd van de meerwaarde. Daarom adviseren ze iedereen om samen te zitten met andere organisaties wanneer ze iets willen bereiken. Samenwerking vergroot de impact en versterkt argumenten.
Over de Europese grenzen
Door Europese samenwerkingen werken deze experten ook samen over de landgrenzen. Oscar vertrekt vooral vanuit de sociaal-sportieve praktijk. Hij vindt het opvallend hoe ver België al ontwikkeld is op vlak van jeugdwerk. “Al zijn we nog niet waar we willen zijn, we mogen zeker fier zijn op wat al verwezenlijkt is!” Joke beaamt: “Over heel de wereld is Vlaanderen de enige plek die zo veel investeert in amateurkunsten. Dat is fantastisch om te zien.” Jana: “We zijn dan ook echte pioniers!”
Het jeugdwerklandschap ziet er heel anders uit in Europa, waar landen al sneller de stap nemen om cross-sectoraal te werken. Jana: “Daar kunnen we ook van leren! Scholen in het buitenland bijvoorbeeld zijn vaak naar buiten gebouwd. Terwijl onze scholen meestal naar binnen gebouwd zijn, heel veilig maar ook heel afgeschermd. In andere landen is er vaak een open infrastructuur met ruimte voor sociale aspecten. Natuurlijk is de oplossing hier niet om alles van vrije tijd in de school te steken. Maar we kunnen wel inspiratie halen uit andere landen door Europese samenwerkingen.”
Voorbij de domeingrens
Cross-sectoraal samenwerken heeft impact gehad op elk van de gesprekspartners en hun organisaties. Ze moedigen anderen aan om ook over de grenzen van hun sector te stappen. Oscar: “Jongeren bewegen zich niet binnen sectorgrenzen. Als je beweegt waar de jongere leeft, kom je automatisch in verschillende sectoren terecht. Dat is een winst voor de jongere én de jeugdwerkers.”
Die veilige omgeving moet zich uitstrekken over alle domeinen waarin een jongere zich begeeft. En volgens Nick moeten jeugdwerkers hen daarin ondersteunen: “Wat er in andere sectoren beweegt moeten we blijven vertalen naar jongeren. Tegelijkertijd nemen we de bril van jongeren mee naar andere beleidsdomeinen.” Jana besluit: “Daarom is kruispuntenwerken net zo belangrijk. Het leven van jongeren stopt niet aan een domeingrens. Het zijn de kleine samenwerkingen die resultaat opleveren bij jongeren, zowel in het beleid als bij gemeentes. Niet de grenzen maar het kind staat voorop.”
Als sectoren samenwerken, maakt dat volgens Ton pas echt een verschil. “De wil is er, er zijn veel dingen die we samen willen oppakken!” Joke gaat nog een stapje verder: “In een wereld die steeds individualistischer wordt, hebben organisaties de opdracht om een voorbeeldfunctie te vervullen. Wij moeten de jongeren goed omringen zodat die zich in een veilige omgeving kunnen ontplooien.”
Tekst: Kevin Verborgt & Aulikki Lefèvre
Beeld: Stein van der Looij
Dit artikel verscheen in de 13de editie van het SCOOP-magazine.